zondag 4 januari 2015

Ik zie de zon ondergaan, maak een gezellig praatje en heb bandenpech


We hebben heerlijk gefietst vanmiddag. Volgens de buienradar stond ons een zonnige middag te wachten en, ook al regende het toen we vertrokken, zo is het gegaan. Moe en voldaan strijken we thuis neer. Na al die kilometers zonder camera ben ik echter niet tevreden. Ik ga de zon nog even vastleggen voordat die naar bed gaat.

“Waar ga je heen?”, wil Arie weten. Naar Alblasserdam, daar heb je veel water, dat moet nu mooi zijn. Toen we nog in de polder woonden fietste ik gewoon de straat uit en dan had ik alles, water, zon, opgang of ondergang, onder handbereik. Hier moet ik daar vijf kilometer voor fietsen, plus de brug over de Noord op en af, het laatste via de trap.  Met dit weer een eitje.






Nog voordat ik op de brug ben kriebelt mijn camera al. Het zonlicht verandert een lelijke fabriek in een gouden spiegel, een stalen brug in een grafisch netwerk. Ik schiet een paar plaatjes - en dan moet ik nog doortrappen om op tijd bij de Lek te zijn.


Ik zie nog net het kruintje van de zon onderduiken. Te laat? Ik niet. Voor de afterparty van deze lichtshow is geduld vereist. Dat is beslist niet mijn sterkste kwaliteit maar het gegarandeerde resultaat motiveert enorm. Ik wacht in mijn eentje, camera in de aanslag, op wat komen gaat.


Intussen lopen twee jonge mannen heen en weer op de kade. Ze maken foto’s van elkaar en praten honderd uit. Ik kan ze niet verstaan. Ze zitten aan het water, precies goed om mij een paar mooie foto’s te laten schieten. Een capuchon met bontrand steekt prachtig af tegen de avondlucht, ik nader dichter en dichter tot ik vlak achter de knullen sta, nee geknield zit.





Erg beleefd vind ik het niet om zo stiekem te doen, ik spreek ze even aan. Breed lachend verzekeren ze me dat ik alle foto’s mag maken die ik wil. Ik krijg meteen een mailadres om ze naartoe te sturen. Nu ben ik natuurlijk niet meer te houden – maar eerst maken we een praatje.

De jongens zijn studenten uit Korea. Eén van hen heeft net een half jaar in Nederland gestudeerd, zijn vriend is hier als toerist. Volgende week reizen ze samen terug naar hun land. Hoe ziet jouw toekomst in Korea er uit, wil ik wel weten. Hij legt me uit dat dit verblijf zijn kijk op zijn leven en zijn toekomst danig heeft veranderd: hij komt straks terug als een ander mens. Een baan zal hij wel vinden en hij ziet de toekomst zonnig in – maar wel als een veranderd mens.

Ik vertel dat één van mijn kinderen ook in het buitenland studeerde en laat merken dat ik dat studeren nooit zo serieus heb genomen. “Ik heb eigenlijk totaal niet gestudeerd” is de onmiddellijke reactie van de jongen en we lachen samen. Zie je wel. Maar leren is veranderen, het verblijf in Nederland heeft zijn kijk op zijn leven veranderd, is dat ook niet een vorm van studeren? 

Heb je nog wat van de Nederlandse taal opgepikt?, wil ik nog weten. Nou nee, iedereen spreekt  hier Engels, net zo makkelijk. Twee woorden heeft hij geleerd, ik vermoed “Twee bier!” maar dat is niet zo. “Ingang” en Hoi!”, daar is hij ver mee gekomen, ook zijn vriend kent ze allebei.


Wat een leuk gesprek is dit. We genieten eensgezind van de fantastische kleurenpracht van deze avondlucht en van de waterspiegeling. Een passerend schip zorgt voor een geel-diepblauw geometrisch golfpatroon waar een Disneyfilm jaloers op kan zijn. Achter ons komt de maan boven de huizen tevoorschijn, de jongens vallen van de ene “Wow!” in de andere. Stiekem ontroerd wijs ik hen er op dat zij en ik volgende week naar dezelfde maan zullen kijken. Net als mijn kleinkinderen op Aruba. We vinden het allemaal even prachtig.


De lichtshow is over het hoogtepunt heen. Daar komt de waterbus. Nu moeten de jongens nog rennen om mee te kunnen varen. Over en weer bedanken en groeten we elkaar uitgebreid want wat was het hier even mooi en gezellig. Het vriespunt voelden we niet.


Ik trek mijn wanten aan en klim op mijn fiets. Tot de brug gaat alles goed. Daarna blijkt mijn achterband lek. De laatste vier kilometer is het lopen geblazen. Nu is bewegen goed voor iedereen en in het bijzonder voor mij, ik geniet maar van mijn onverwachte wandeling op dit avond-uur.






Onderweg kiek ik en passant de maan die zich weerspiegelt in een grote plas op een braak veldje. Mijn dag kan niet meer stuk. Nu moet ik die band nog  vlot geplakt zien te krijgen. En als ik thuis ben heb ik post in mijn mailbox. Of ik alle foto's wil sturen.